Hallo Loek,
 
Op Blz. 39 van de "Automatiseringsmap" kun je zien dat op het BP (achterbord) connectors zitten.
De lange pennen van deze connectors (CON-B) komen aan de bovenkant en de korte einden worden door de gaten in het BP gestoken zodat de uiteinden van de korte kant van de pennen aan de soldeerzijde van de BP zitten.
 
Elke pen soldeer je nu vast in de positie waarin zij gestoken zijn.
 
Voor de printen van het systeem zijn er connectors (CON-A) verkrijgbaar, welke op de CON-B op de BP's passen.
 
Op het achterbord vind je enkele doorlopende banen die meerdere punten met elkaar verbindt.
De enkele lijn (iets dikker) is de (-) baan.
Dan heb je de +12V Baan. Deze baan verbindt de uiterste pennen aan de andere zijde van het bord met elkaar.
Deze (-) en (+) baan zijn de bedoeld om de +12V= (Afgevlakte gelijkspanning van de STAB) op aan te sluiten.
De STAB levert een gestabiliseerde spanning van +12V=.
Je kunt de STAB op de eerste positie van de BP steken gerekend vanaf de 4 gaatjes voor de draadaansluitingen. De componenten naar de gaatjes toe richten.
Als je nu op de achterzijde (soldeerzijde) van de BP de letters over neemt welke op de STAB staan en bij de overeenkomstige pennen zet met bijv een fijnschrijvende markerpen of op een sticker, dan kun je aan de achterzijde 2 draden solderen (welke van de 14 Volt wisselspanning van een Trafo komen) op de posities   S  S 
Zet je de trafo vervolgens aan dan zul je op elke print positie van het BP tussen de 2 buitenste pennen +12V= (afgevlakt meten).
 
Vervolgens sluit je de (-) van de rijspanning aan op de (-) baan van de BP en de (+) van de rijspanning sluit je aan op de V-baan van de BP.
Vergeet niet tussen deze (-) en (+) een weerstand van 1Kohm aan te brengen voor de goede werking van de detectie van het systeem.
DENK ER OM, Deze rijspanning MAG NIET afgevlakt zijn.
 
Op de 9 overgebleven steekposities voor printen kun je nu dieverse printen plaatsen.
Ter plaatse van een rijstroomregelende print zoals de SSS, SRS of STP dien je een draadbrugje te leggen tussen de V-baan en de 2de pen van de connector. Hiervoor zijn aansluitingen op het BP te vinden.
Ideaal is als je op deze positie geen draadbrugje aanbrengt maar er een zelfherstellende zekering tussen soldeert.
 
Op alle printen van het systeem zijn letters bij de aansluitingen geplaatst. Als je een print van een Connector voorziet kun je ze zo op de pennen op de BP steken. De letters van de printen kun je projecteren op de overeenkomstige positie op de soldeerzijde van de BP.
Als je meerder printen op de BP gestoken hebt verbind je met draardjes aan de soldeerzijde van de BP de diverse pennen met elkaar.
 
De draden Voor de (-) en de U van elk baanvak gaan vanaf de BP rechtstreeks of via een stekkerverbinding naar de baan. hetzelfde geldt voor de seinen welke de wissels en seinen met de printen moeten verbinden.
 
Het voordeel van een stekkerverbinding tussen de tafel en de BP is het gemak om de bedrading achter op de BP geheel aan te brengen zonder dichtbij of onder de treinbaan te hoeven zitten.
 
Als je meer vragen hebt dan laat je dit maar weten.
 
Groet, Schipper.