Regelmatig komen er vragen betreffende het aansluiten van de START set van het van Meekeren systeem bij mij binnen.
Hier een korte beschrijving die U, als beginnend gebruiker van het systeem van Meekeren, mogelijk op weg kunnen helpen. Ik beschrijf hier de gelijkstroom uitvoering welke geschikt is voor zowel N- als HO-modelbanen.
Deze uitleg is extra uitgebreid om ook mensen die geen kennis van elektronica hebben een bruikbare handleiding te geven.
Allereerst kunt U hier het begeleidend schema oproepen:
http://home.quicknet.nl/qn/prive/cb.slieker/Treinen/Scannen.jpg Voor de start opstelling heeft U nodig:
1. Een rondlopend stukje spoor waarvan de rails schoon zijn van vet en vuil.
2. Een gelijkstroom lokomotief welke op het eerder genoemde spoor met een gewone regeltrafo zijn rondjes rijden kan.
3. Een trafo welke gelijkstroom voor de 10 tot 14Volt rijspanning kan leveren en een trafo welke 14 tot 16Volt wisselstroom kan leveren voor de voeding van de STAB uit het pakket. (U kunt hiervoor ook een regelbare treintrafo gebruiken welke beide spanningen kan leveren (Zoals o.a. de meeste Fleischmann, Trix en Roco trafos), echter een gestabiliseerde voeding is hier niet geschikt voor. De afgegeven spanning voor de rijspanning moet pulserend zijn.
4. Een STAB voeding print (van Mecktronics)
5. Een SSS-print (van Mecktronics)
6. Een stuks weerstand van 1Kohm
7. Eventueel een seinpaal met een rood en groen lampje/LED. (Alternatief is 2 losse lampjes) (Zonder sein of lampjes kan de opstelling voor wat betreft het rijden/stoppen van de trein gewoon uitgetest worden)
8. Het is handig als U een multimeter beschikbaar heeft.
Bij het aanleggen van het spoor er voor zorgen dat de rails goed kontakt maken. Bij mijn eigen grote HO-baan zijn alle raillassen aan elkaar gesoldeerd om een goed kontakt te blijven garanderen.
De SSS-print dient goed gemonteerd en gesoldeerd te zijn. Een eerste indicatie voor slechte verbindingen op de print kunt U constateren door, na het solderen, de print met de banen naar U toe gericht tegen het licht te houden. U mag dan geen licht door de soldeeroogjes langs de componenten zien komen.
Op het hierbij opvraagbare schema is de trafo een standaard treintrafo met wisselstroom en gelijkstroom uitgang getekend.
Het aansluiten: Sluit de STAB wisselstroom ingangen (middelste 2 aansluitingen op het aansluitblokje) aan op de wisselstroom uitgangen van de trafo. (Bij Fleischmann trafo de witte en zwarte aansluitingen)
Zet de transformator knop op een maximum stand (bijv. naar rechts) en kontroleer welke aansluiting de (-) is. Met een multimeter is dit direct te meten. Bent u niet in het bezit van een multimeter sluit dan de gelijkstroom draden aan op de rails. Als de trein gaat rijden is, in de bewegingsrichting van de lok gezien, de draad op de rechter rails de (+) en die op de linker rails daarmee vanzelf de (-) draad.
- Koppel de (-) min draad van de trafo, in de gewenste rijrichting gezien, aan de linker railstaaf.
- Koppel de (-) draad aan op de (-) van de STAB (De meest binnenste aansluiting van het blokje)
- Koppel de (-) draad tevens aan op de (-) baan van de SSS-print. (Op oudere printen is deze baan niet gemerkt, maar ligt als buitenste baan naast de c-aansluiting) (Is de print groen gekleurd dan is deze baan gemerkt)
- Koppel de (+) draad van de rijtrafo aan de V-aansluiting van de SSS-print
- Koppel de (+) draad van de STAB aan de (+)-baan van de SSS-print. (Dit is de meest buitenste baan naast de V-aansluiting)
- Verbindt de U van de SSS-print met de rechter rails van de baan. De U-uitgang levert de rijspanning welke van de trafo komt, maar door de elektronica componenten op de print geregeld wordt.
Er rest nu nog 1 belangrijk detail. Het plaatsen van de 1Kohm (kilo Ohm) weerstand tussen de (+) en de (-) van de rijspanning welke van de trafo afkomt. Deze weerstand is een onderdeel van de treindetectie en dient niet vergeten te worden. Gebruikt men meerdere SSS- en of SRS-printen dan hoeft slechts eenmalig deze weerstand in het circuit opgenomen te worden.
Zie verder START-set met SSS aansluiten/testen Deel 2.
Groet, Schipper